Studiewijzer Klas 3

Periode 1

Perspectief tekening

We starten deze opdracht met het maken van 2 verschillende schetsen voor je toekomstige perspectief tekening. Zorg dat je per schets minimaal 4 gebouwen tekent. Probeer te variëren in stijl. Denk aan een boerendorp met boerijen, een moderne winkelstraat met een metro station een super futuristische stad. Er is van alles mogelijk!

Uiteindelijk werk je op A3 of A2 (zelf kiezen) formaat een definitieve perspectief tekening uit. Eerst in potlood en daarna uitwerken in Oost-indische inkt of met fine-liner. https://www.gauditekenen.nl/perspectief-tekenen/
Uiteindelijk werk je de tekening uit door te arceren. Dit doe je zo!

Reflectie opdracht Perspectief tekening

Aan de hand van dit formulier reflecteer je het verloop van je opdracht is gegaan. Het wachtwoord is ‘klas3’ zonder haakjes. Deze opdracht doe je zelfstandig dus maak op tijd een foto van je werk zodat je die erbij kunt houden wanneer je deze opdracht maakt. Je mag natuurlijk ook je echte tekening ernaast houden als je deze opdracht in het lokaal maakt. Zorg dat je uitgebreid antwoord geeft op de vragen. Je krijgt een cijfer voor deze opdracht!

Leerdoel

Ik kan diepte tekenen op een plat vlak doormiddel van perspectief. Ik kan mijn ideeën omzetten naar een kloppend perspectief. Ik kan overzicht houden op mijn werkproces door het tussentijds te beoordelen en zo voorkomen dat mijn eindresultaat anders uitpakt dan ik van plan was.

Kennistoets begrippen

Leren: Alle begrippen die vallen onder de categorieën Vorm & Ruimte

Afsluiting

  • Architectuur -> Inleveren in de week van 4 november (tijdens je tekenles of maatwerkuur)
  • Reflectie opdracht Architectuur -> Inleveren in de week van 4 november (tijdens je tekenles of maatwerkuur)
  • Kennistoets begrippen -> Vorm & Ruimte 10, 11 of 12 oktober (afhankelijk van je cluster)

Periode 2

Hollandse Storm

Voor deze opdracht ga je aan de slag met arceren. Je maakt een pentekening (met kroontjespen) van een Hollands landschap waar het stormt. Aan alles wat zich in het landschap bevindt kun je dus zien dat het stormt. Zorg dat het er lekker Hollands uitziet! Als je het leuk vindt mag je jezelf verwerken in je tekening. Maak twee verschillende schetsen in potlood op A4 voor je in het net gaat beginnen op A3. Zorg ervoor dat je met overlapping, afsnijding en verkleining werkt! Je tekent je tekening eerst in potlood en daarna arceer je hem met kroontjespen en oost indische inkt.

Spreekwoord

Kies uit deze lijst 2 spreekwoorden uit die je aanspreken. Het spreekwoord ga je vertalen naar beeld. Maak voor alletwee de spreekwoorden één schets. Twee in het totaal dus. Je kunt het spreekwoord letterlijk vertalen naar een tekening of je maakt een tekening van de betekenis van het spreekwoord. Dit mag je zelf kiezen. Maak gebruik van de begrippen ‘overlapping‘ en ‘afsnijding‘ om een ruimtelijk beeld te creëren. Je spreekwoord moet als tekst verwerkt worden in jouw tekening. Tip: Maak gebruik van een écht lettertype via Google fonts. Soms kan het mooi zijn om een gedeelte van je idee (inzoomen) uit te beelden i.p.v. alles.

Onderzoek

Zorg binnen deze opdracht dat je voordat je aan je eindwerk begint onderzoek hebt gedaan met verschillende materialen en technieken.

Leerdoel

Ik kan procesmatig werken door eerst een aantal ideeën te onderzoeken voor ik verder ga. Ik kan tekst (mijn idee) vertalen naar een beeld en ik kan diepte tekenen door te werken met overlapping, afsnijding en verkleining.

Kennistoets 2 begrippen

Leren: Alle begrippen die vallen onder de categorieën licht, ordening, kleur.

Afsluiting

  • Hollandse storm / Spreekwoord eind opdracht (A3 of groter) incl. onderzoek (2 schetsen + materiaal en techniek onderzoek) ->
  • Kennistoets: begrippen Licht, Ordening, Kleur ->

Periode 3

Thema praktijkopdracht

Komende weken gaan jullie aan de slag met jullie eerste, echte thema opdracht van klas 3. De praktijkopdracht vervult samen met je begrippentoets van periode 3 het dossiertoets cijfer van Tekenen. Zowel de begrippentoets (vorm, ruimte, ordening, kleur, licht en techniek) als de praktijkopdracht tellen even zwaar mee.

Opdracht

Begin met een mindmap gebaseerd op een van de twee volgende thema’s. Je mag dus zelf je thema uitkiezen. Teken met een passend lettertype de naam van jouw uitgekozen thema op een A3 blad. Vul je mindmap aan met woorden en tekeningetjes die bij jouw idee passen. Maak je mindmap zo uitgebreid mogelijk. Denk ook na over kleuren die jij het beste vind passen bij het thema. Maak het blad zo mooi als je kunt.
Als je je mindmap af hebt ga je verder met het maken van schetsen en materiaalproefjes. De schetsen zijn ideeën uit jouw mindmap. Ze hebben dus te maken met jouw gekozen thema. Je mag geen ideeën van internet 1 op 1 kopiëren.

  • Dromen (Maak een kunstwerk dat jouw droom verbeeldt. Dit kan een letterlijke droom zijn van je of iets waarvan je droomt en hoopt dat dit ooit gaat uitkomen)
  • Roem (Maak een kunstwerk voor een persoon die jij eer wil bewijzen een kunstwerk. Verwerk in dit werkstuk de reden van jouw eerbetoon.)

Uitwerken eindopdracht op A3 of A2.

Nu je je onderzoek afgerond hebt ga je jouw beste ideeën verwerken in een eindwerk op A3 of A2 formaat. Als het goed is weet je precies hoe je eindwerk eruit gaat zien, welke materialen je gaat gebruiken en welke technieken je gaat toe passen voor je in het groot gaat beginnen. Je

Doormiddel van deze themaopdracht leer je om procesmatig te werken. Een goede voorbereiding is het halve werk en een onderzoek is erg belangrijk. Je leert tevens om overzicht te houden op je werkproces en het tussentijds te beoordelen.

Dossiertoets Kunstbeschouwing
Alle begrippen onder de categorieën Vorm, Ruimte, Ordening, Kleur, Licht en Techniek.

Afsluiting:

  • Dossiertoets Kunstbeschouwing -> Toetsweek (maak hier de oefentoets)
    Zie gauditekenen.nl -> alle begrippen onder (vorm, ruimte, ordening, kleur en licht)

Periode 4

In de stijl van…

Verander je portrettekening naar een kunstwerk in de stijl van een bekende kunstenaar. N.a.v. een uitgekozen kunstenaar ga je een nieuwe kunstwerk maken van je portret in de stijl van die kunstenaar. Bekijk hier het overzicht van kunstenaars. Open een word document op je laptop en verzamel daarin 10 verschillende kunstwerken van je uitgekozen kunstenaar die je mooi vind. Vermeldt bij elk kunst werk wat jou aanspreekt.

Daarna maak je een aantal testjes om te kijken of je de manier van schilderen van jouw uitgekozen kunstenaar kunt nadoen. Als je er klaar voor bent start je met je eindwerk op A3 formaat. Je maakt dus een schilderij van jouw eigen portret maar in de stijl van jouw uitgekozen kunstenaar.

Handelingsdeel periode 4

  • Word document of powerpoint met daarin 10 kunstwerken + toelichting
  • Figuratieve portret tekening (A4 formaat)
  • Materiaal en techniek proefjes in de stijl van jouw uitgekozen kunstenaar

Leerdoelen

  • Ik kan een 2-dimensionaal zelfportret maken aan de hand van de stijl van een uitgekozen kunstenaar
  • Ik kan de stijl van een kunstenaar omzetten naar een kunstwerk.

Subdoelen

  • Ik kan 10 verschillende kunstwerken van een bepaalde kunstenaar uitkiezen die ik zelf het mooist vind.
  • Ik kan per kunstwerk aangeven en omschrijven wat ik hieraan mooi vind. 
  • Ik kan inschatten of de techniek van de gekozen kunstenaar haalbaar is voor mij.
  • Ik kan met verschillende materialen onderzoeken hoe ik de stijl van de kunstenaar zo goed mogelijk kan namaken.
  • Ik kan materiaalproefjes maken en hieruit een keuze maken in wat het best past bij mijn kunstenaar.

 

Afsluiting

  • In de stijl van… -> Uitgewerkt zelfportret schilderij in de stijl van een bekende kunstenaar op A3 formaat.